In de Romeinse tijd werd Bergkristal vanuit de Alpen onder de naam "versteend ijs" op de markt gebracht. Theofratus noemde het krystallos. Ook Plinius de Oudere maakte er melding van. De naam 'kwarts" is in 1529 ingevoerd door Georgius Agricola. De volkeren uit het Oosten beschouwden Bergkristal als steen van het geduld en de volmaaktheid. Tibetanen gebruikten Bergkristal om wonden te behandelen. De keuze van Bergkristal als drinkglas of als deel van middeleeuwse sieraden kan worden toegeschreven aan het geloof dat deze kristallen zouden breken of verkleuren wanneer zij met gif in aanraking kwamen.
vindplaats
Bergkristal wordt over de hele wereld gevonden, zelfs in Nederland. Momenteel komt de beste kwaliteit uit Brazilië en is zeer geliefd bij de slijpers. De beste kwaliteit is zeer schoon van insluitsels en maakt het excellent om te slijpen
kleuren
Bergkristal is onderdeel van de kwarts groep. Wanneer kwarts wit is wordt het bergkristal genoemd. Bij andere kleuren zijn de namen als volgt:
Roze = Rozenkwarts
Bruin = Rookkwarts
Geel = Citrien
Paars = Amethist
Melk wit = Girosol
Paars geel = Ametrien
Groen = Prasioliet
kwaliteit
Bergkristal wordt in overvloed gevonden. Ruw bergkristal wat slijpbaar is wordt veel aangeboden, hierdoor blijft het een betaalbare edelsteen die veel in sieraden is terug te vinden.
slijpvormen
Bergkristal wordt zowel facet als cabochon geslepen. Door een grote overvloed aan ruw materiaal is het zeer geliefd bij slijpers. Carvers weten van Bergkristal prachtige beelden te maken. Tevens is bergkristal zeer geliefd voor kralen.